2. Stad in uitvoering - opgaven en accenten

Samen met de raad hebben we onze koers bepaald en de keuze gemaakt voor een langdurige inzet op drie grote opgaven. Opgaven die we samen met inwoners, partners en medeoverheden uitvoeren. Daarnaast hebben we gekozen voor vijf duidelijke accenten, die richting geven aan de ontwikkeling van de stad. In dit hoofdstuk kijken we naar de behaalde resultaten tot nu toe op de opgaven en accenten. We zijn als stad volop in uitvoering. Er gebeurt veel, binnen de beperkte financiële kaders. Ook vertellen we op hoofdlijnen wat we doen komend jaar, waarvoor we middelen beschikbaar hebben en aanvullend beschikbaar stellen.   

Onze drie opgaven  
Delft is een stad met ambitie. Overal in de stad zijn we in beweging en werken we aan een betere stad. Enkele opgaven verdienen in deze tijden onze speciale aandacht. We werken met onze partners aan de opgaven van Delft-West, Innovatiedistrict Delft en de energietransitie. Vanuit vertrouwen trekken we samen op in deze opgaven en willen wij het verschil maken. Dit vraagt van ons om anders te denken: meer in termen van lange-termijn-impact op de stad. Wij koesteren ons netwerk en werken samen verder aan de opgaven. Per opgave lichten wij toe op welke manier wij dat doen.   

Opgave: Delft-West
In Delft-West werken bewoners, organisaties, ondernemers en de gemeente samen aan sterke wijken. Zodat bewoners hier dezelfde kansen krijgen als andere Delftenaren. Kansen op werk of een opleiding, op een goede gezondheid en een prettige en veilige leefomgeving. Met elkaar zetten we de schouders onder deze opgave. Met Delft-West brengen wij Delft verder in balans en werken we aan een evenwichtige opbouw van de stad. We werken samen aan realisatie van het gebiedsplan en aan de wijkuitvoeringsplannen, die samen met bewoners zijn opgesteld. 

In Delft-West zijn de resultaten van de programmatische wijkaanpak al zichtbaar. Dit is een aanpak die we in lichte vorm gaan inzetten in onze andere wijken. De wijkregisseurs zijn de verbindende schakel: zij voeren de regie op de netwerksamenwerking in de wijk. De wijkregisseur zorgt voor laagdrempelige ontmoetingen, ondersteunt burgerinitiatieven, organiseert verbindingsmaaltijden en zorgt voor overleg met de belangrijkste partners in de wijk. Met deze aanpak werken we over meerdere portefeuilles en aan meerdere doelen tegelijk samen in de wijk. 

Naast de opening van Stationshuis Delft-West in de wijk Voorhof - een prachtig resultaat van samenwerking tussen veel partners - is ook het WIJcafé aan de Papsouwselaan gestart: een fijne plek voor ontmoeting. En een plek waar bewoners terechtkunnen met vragen over bijvoorbeeld de digitale samenleving of verduurzaming. Ook zijn we gestart met extra activiteiten voor jonge kinderen in Delft-West, via de subsidieregeling SPUK Kansrijke Wijk.  

Het verbeteren van de veiligheid is ook een belangrijk thema. De aanpak binnen Preventie met Gezag levert resultaten op. Kijk naar initiatieven zoals de Straatmaatjes en de jongereninloop, die betrokken inwoners zelf hebben georganiseerd.  

We zien graag dat iedereen kan meedoen, zeker in Delft-West. Zo geven we met cultuur in de wijken een impuls aan laagdrempelige activiteiten die bijdragen aan verbinding, inclusie en talentontwikkeling. Met het omvormen van een natuurgrasveld naar een kunstgrasveld in Kerkpolder vergroten we de mogelijkheden voor sport en beweegactiviteiten. Hiermee voorkomen we wachtlijsten voor voetbal, bieden we ruimte voor bewegingsonderwijs in de buitenlucht en kunnen we straks in samenwerking met verenigingen sport- en beweegactiviteiten aanbieden voor inwoners van Delft-West.  

We werken in Delft-West ook aan een goede bereikbaarheid.  Met de verplaatsing van de halte Diepenbrockstraat naar de Pierre van Hauwelaan in 2026 sluiten we aan op het project ‘verbreding tramtracé lijn 1’ van HTM en MRDH. Hiermee blijft het noordelijk deel van Delft-West goed bereikbaar, dragen we bij aan een goede aansluiting van Kop van de Buitenhof op het openbaar vervoer en krijgen we een halte die ook toegankelijk is voor rolstoelen en kinderwagens. Tegelijkertijd verbetert de aanpassing van het kruispunt Buitenhofdreef/Pierre van Hauwelaan de verkeersveiligheid op en rond het kruispunt, met name voor voetgangers en fietsers.   

Opgave: Innovatiedistrict Delft
We zetten de volgende, belangrijke stappen in de meerjarige ontwikkeling van het Innovatiedistrict Delft. Samen met onze partners ontwikkelen we de TU Delft Campus en Schieoevers tot het Innovatiedistrict Delft: een sociaal en duurzaam ecosysteem, waarin wonen, werken, leren en innoveren hand in hand gaan. Een plek met mogelijkheden voor alle Delftenaren. Een plek waar opleidingen op alle niveaus worden aangeboden. En waar afgestudeerden direct een baan kunnen vinden in de techniek. Bedrijven die ontstaan op de campus, kunnen hier verder doorgroeien. Hier wonen jongeren straks dicht bij hun opleiding en werk. Zo maken we goed gebruik van de beperkte ruimte. 

Het Innovatiedistrict Delft is de kraamkamer van het Delftse ecosysteem en daar zijn we trots op. We maken zichtbaar waar de unieke concentratie van kennis, technologie, talent en ondernemerschap toe leidt. Technische oplossingen die hier bedacht worden, hebben impact op de maatschappelijke opgaven in de wereld. De innovatieve maakindustrie die hierbij hoort, biedt werkgelegenheid voor Delftenaren. Samen met de TU Delft en Bedrijven Kring Schieoevers werken we aan het juiste bedrijf op de juiste plek. We spelen in op kansen om bedrijfsverzamelgebouwen te ontwikkelen en zo ruimte te bieden aan hoogproductieve bedrijvigheid. Ook verhuurders en grondeigenaren stimuleren we om hierop in te zetten, waardoor extra werkgelegenheid in het gebied kan ontstaan. 

We leggen verbinding met de ontwikkeling van de Biotech Campus Delft en de Buccaneer, die beide een waardevol onderdeel zijn van het Delftse ecosysteem. En we versterken onze contacten met de provincie en het rijk. 

We zorgen voor ontmoeting. Ontmoeting tussen bedrijven, kennisinstellingen en talent. En vooral tussen mensen. Een mooie start is gemaakt door de opening van het Stationshuis Delft-West. Hier vindt placemaking plaats en komen Delft West en het Innovatiedistrict Delft bij elkaar. We verbeteren de looproute van Delft Station Campus naar de TU Campus. Hierdoor ontstaat een prettige oost-west verbinding. We werken aan doorlopende leerlijnen voor techniek en stimuleren initiatieven zoals The Terminal, een inspirerende plek waar studenten en bedrijven elkaar ontmoeten, samen leren en werken aan innovaties.

We werken aan het verduurzamen en vergroenen van Schieoevers Zuid door deelname aan het programma Werklandschappen van de Toekomst.  Langs de Schie komt het Schiepark. Dit park draagt niet alleen bij aan een prettige omgeving, het draagt ook bij aan het tegengaan van hittestress en het vergroten van de biodiversiteit. 

Het ontwikkelen van het Innovatiedistrict Delft is ambitieus. Daar hoort een ambitieuze gebiedsvisie bij. Deze maken we met partners. De volgende stap is het opzetten van een lange termijn ontwikkelstrategie om de ambitie te realiseren. We streven daarbij naar een nieuwe kwaliteits-standaard door het zorgvuldig mengen van functies. 
 
Het programma Schieoevers is een belangrijke bouwsteen voor het ontwikkelen van het Innovatiedistrict Delft. Vanuit het programma zijn belangrijke, concrete stappen gezet. Zo hebben we  afspraken gemaakt over de verbreding van de Schie, het verplaatsen van de zandhandel en het bouwrijp maken van de locatie Laga. We hebben rijksmiddelen aangevraagd en toegekend gekregen voor het verwerven van Schieweg 13, voor de realisatie van het stadspark Schieoevers en voor de aanleg van de Gelatinebrug. De aanleg van de brug is weer een cruciale bouwsteen voor de ontwikkeling van het Kabeldistrict. Het plan voor het Kabeldistrict wacht nog op goedkeuring bij de Raad van State en is vertraagd. De kosten van de vertraging en inflatie hebben een plek in deze kadernota. 

Opgave: Energietransitie  
Met de energietransitie richten we ons op een toekomstbestendige en duurzame stad die in 2050 klimaatneutraal is. En waarbij iedereen kan meedoen aan de overstap naar duurzame energie. In Delft is de kennis in huis en de juiste mentaliteit om dat op vernieuwende wijze te bereiken.  

Wij zijn trots op de Routekaart Klimaatneutraal 2050 en het eerste warmte-uitvoeringsplan (WUP), dat met de input van de bewoners in de Multatulibuurt gemaakt is. We ondersteunen inwoners om hun huis te verduurzamen en te isoleren. Dat gebeurt via het energieloket, energiecoaches, energiehulpen, doe-het-zelf subsidies en energieambassadeurs. We blijven investeren om energiearmoede tegen te gaan.  We werken daarbij samen met partners in de stad zoals energiecoöperatie 015Duurzaam en de woningcorporaties. 

Naast de aanbouw van warmtepompcentrale bij de geothermiebron is de aanleg van het warmtenet in de wijken Voorhof en Buitenhof een belangrijke stap om woningen te voorzien van duurzame, lokale en betaalbare warmte. Netverder werkt samen met een aantal woningcorporaties aan de aanleg van collectieve warmte voor 15.000 woningen. Inmiddels zijn de eerste buizen voor het warmtenet de grond ingegaan en eind 2025 worden de eerste woningen aangesloten.  

Bij de aanleg van het warmtenet hebben we te maken met beperkte ruimte in de ondergrond, waar zich ook de riolering en diverse andere nutsvoorzieningen bevinden. In Buitenhof wordt het warmtenet eerder aangelegd dan het riool wordt vervangen (en het riool ligt dieper). Daarom leidt dat mogelijk tot meerkosten bij de vervanging van het riool. We zullen de vergunningen voor het warmtenet de komende maanden moeten verlenen. Als we de financiële gevolgen voor het riool precies in beeld hebben, dan worden deze opgenomen in het gesloten circuit voor het riool en verrekend in de rioolheffing.  

In de nieuwe Wet Collectieve Warmte krijgen gemeenten de regie over de collectieve warmtevoorziening binnen hun gemeentegrenzen. De inwoners van Voorhof en Buitenhof, waar het warmtenet komt, hebben aangegeven dat betrokkenheid van de gemeente bij het warmtenet belangrijk is voor hun besluit om over te stappen naar collectieve warmte. Daarom onderzoeken we of deelname van de gemeente aan het warmtebedrijf bijdraagt aan een succesvol warmtenet, of dat de Wet Collectieve Warmte voldoende sturingsmogelijkheden biedt. Op basis van dit onderzoek besluit de gemeente of ze gaat deelnemen aan het warmtebedrijf.  

De energietransitie gaat gepaard met een toename van het elektriciteitsverbruik. Eind vorig jaar heeft TenneT netcongestie voor het hoogspanningsnet in Zuid-Holland aangekondigd. Dit betekent dat bij uitbreiding van elektriciteitsverbruik in de toekomst storingen kunnen ontstaan op zogenaamde piekmomenten. Er is voldoende capaciteit op het elektriciteitsnet om onze geplande nieuwe woningen aan te sluiten. Maar alle nieuwe aansluitingen of uitbreidingsverzoeken van bedrijven komen op een wachtlijst terecht. De impact is daarmee groot, ook op onze gebiedsontwikkelingen.  

Lokaal kunnen we slimme oplossingen vinden en toepassen. Zo kunnen we bijvoorbeeld afspraken maken over het piekverbruik van elektriciteit door bedrijven, het lokaal opslaan van elektriciteit gedurende piekmomenten of het toepassen van energyhubs, waarbij de elektriciteit slim verdeeld wordt op bedrijventerreinen. TenneT en Stedin zetten zich ook in om deze congestie te verhelpen. Intussen blijven wij inwoners en bedrijven in de stad bedienen en ondersteunen op vragen die er leven over de energietransitie en netcongestie. Daarnaast wordt actief gepland en ontworpen in de ruimte die nodig is voor energie in de toekomst.  

De vijf accenten 

Accent: Delft Kansrijk voor iedereen
We werken aan een stad met sterke wijken en goede voorzieningen, waar mensen prettig en veilig kunnen wonen en mogelijkheden hebben zich verder te ontwikkelen. Delft moet een welkom thuis zijn, waar iedereen kan meedoen en zichzelf kan zijn. Het onderzoek dat Erfgoed Delft heeft uitgevoerd naar het Delftse slavernijverleden is in 2024 breed verspreid, met de uitgave van een publieksversie. Komende periode gaan we hier verder mee aan de slag.  

De maatschappij verandert. Individualisering, digitalisering en vergrijzing brengen veranderingen met zich mee, waaronder een toenemende eenzaamheid onder Delftenaren. Om hierop in te spelen, bouwen we aan een sterke en veerkrachtige sociale basis. En werken we aan een heldere visie op deze sociale basis. Zo zetten we in op meer ontmoeting en verbinding. Het is belangrijk dat inwoners worden erkend en herkend in de ondersteuning die zij geven en krijgen. En dat iedereen mogelijkheden heeft voor ontspanning en plezier, voor zingeving en ontwikkeling. Een stevige sociale basis is niet voor iedereen vanzelfsprekend. Daarom blijven we hierin investeren - in lijn met landelijke hervormingsagenda’s en met een focus op preventie en maatschappelijke betrokkenheid. Het belangrijkste gemeentelijke instrument om de sociale basis van kwetsbare inwoners te versterken is het welzijnswerk. Om hierop meer grip en sturing te krijgen, zijn we van plan dit dichter naar ons toe te halen.  

Het zorgstelsel staat nog steeds onder druk. Het kostenbewustzijn en eerder doorgevoerde maatregelen op de Wmo lijken blijvend effect te sorteren. De gemeentelijke invloed op deze wet is relatief groot. Hier hebben we gezorgd voor een goede balans tussen enerzijds passende zorg voor elke inwoner, anderzijds zo min mogelijk oneigenlijk gebruik om kosten te besparen.   

Bij de jeugdhulp is een dergelijke balans moeilijker te realiseren. Zoals bekend zijn we als gemeente slechts één van de zeven verwijzers naar jeugdhulp, terwijl we wel volledig financieel verantwoordelijk zijn. De uitkering die we van het Rijk voor jeugdzorg ontvangen, is niet toereikend. Dit blijft tot tekorten op de jeugdhulp leiden. Begin dit jaar is dit tekort aan financiële middelen bevestigd door het advies van de onafhankelijke deskundigencommissie Van Ark (rapport Groeipijn, 30 januari 2025). Het kabinet heeft in de Voorjaarsnota 2025 slechts een deel van het advies overgenomen. De tekorten zijn hierdoor tijdelijk verlicht, maar structureel is er nog geen oplossing. Dit blijft zorgelijk. Onze inzet is om de kosten van de jeugdzorg beheersbaar te houden. Zowel regionaal als lokaal blijven we ons richten op de transitie naar normalisering, passende hulp en meer kostenbeheersing. Het aantal kinderen dat gebruik maakt van jeugdhulp kan niet langer door blijven stijgen en de intensiteit van de geboden jeugdhulp kan niet blijven toenemen. De toename in aantallen en intensiteit zien we dan ook als risico vanaf 2028, dat we opnemen in de risicoparagraaf.   

We zien niet alleen op jeugdzorg dat de uitvoeringskosten niet volledig worden gedekt vanuit het Rijk. Ook op het vlak van Wet inburgering en studietoeslag ontstaat een structureel tekort, doordat rijksmiddelen wegvallen, terwijl wettelijke verplichtingen blijven bestaan. Als gemeente willen we dat iedereen kan meedoen en moeten we onze taken voor nieuwkomers vanuit de Wet Inburgering goed uitvoeren. De gemeente blijft de inburgering verzorgen van statushouders en overige migranten. Ook blijven de verstrekkingen voor studietoeslag doorlopen, volgens de daarvoor geldende regelingen en normbedragen. De financiële consequenties zijn verwerkt in deze kadernota. Ondertussen blijven wij via de VNG en andere netwerken lobbyen bij het Rijk voor voldoende middelen voor het uitvoeren van dit soort wettelijke taken.  

Samen met onze strategische partners hebben we de verantwoordelijkheid dat zo veel mogelijk mensen kunnen meedoen – het liefst met passend werk - en dat mensen voldoende inkomen hebben om te kunnen leven. Zinvol meedoen is niet alleen de makkelijkste weg naar voldoende inkomen, het zorgt ook voor zingeving en nuttige dagbesteding. Op dit moment lijkt dat goed te lukken, mede door de inspanningen van Werkse!. Daarnaast vinden we het waardevol dat de partners van Lekker Bezig participatieplekken aanbieden aan inwoners waar werk (nog) geen optie is.     

Binnen het Regionaal Integraal Gezondheidsakkoord (RIGA) werken we samen met de zorgverzekeraar, het zorgkantoor en zorgverleners aan een gezonde toekomst voor onze inwoners en het verkleinen van gezondheidsverschillen. Een van de onderdelen van het RIGA is Gezond en Wel Thuis: een woonzorgconcept voor ouderen tussen zelfstandig thuis en het verpleeghuis in, waarin zorg- en gemeenschappelijke activiteiten in samenhang worden georganiseerd en gefinancierd. Inmiddels werken we op drie plekken in Delft volgens dit concept. Elkaar ontmoeten en actief meedoen staan hierin centraal.  

We bieden inkomensondersteuning en bijzondere bijstand aan inwoners die in armoede verkeren. Dit doen we vanuit vertrouwen en we werken hierbij volgens de bedoeling. Daarnaast bieden we schuldhulpverlening. Samen met Werkse! en Delft Support hebben we een pilot 'zonder geldzorgen naar werk' gestart. Hier begeleiden we mensen die van een uitkering naar werk gaan bij hun financiën. Dit zorgt ervoor dat zij financieel sterker staan en de overgang naar werk succesvol kunnen maken. Dit maakt echt het verschil. Begin dit jaar is de nieuwe nota schulphulpverlening vastgesteld, na intensief overleg met het veld. Niet iedereen kan financiële zaken zelf regelen. In dat geval geven we als overheid wat extra aandacht. Verder zorgen we dat regelingen voor volwassenen met schulden en voor kinderen die opgroeien in armoede nog beter vindbaar zijn.  

Met het Integraal Huisvestingsplan (IHP) onderwijs werken we aan toekomstbestendige scholen, met een prettig en gezond binnenklimaat, geschikt voor modern onderwijs.  Zoals aangekondigd in het huisvestingsplan wordt voor nog te starten projecten in 2026, 2027 en 2028 30 miljoen euro naar voren gehaald. We hebben een degelijke planning die we binnen budget kunnen uitvoeren. De nieuwbouw- en renovatieplannen werken wij met schoolbesturen verder uit. Bij een bouw of bij renovatie is tijdelijke huisvesting nodig, die lastig te vinden is in een compacte stad als Delft. Dit maakt dat deze kadernota middelen beschikbaar worden gesteld voor wissellocaties. Ook trekken we geld uit voor een tijdelijke gymzaal. 
 
Een mooie ontwikkeling in het onderwijs is de komst van de brugfunctionaris: dat is iemand die de verbinding legt tussen het gezin thuis en het kind op school. Het doel daarvan is om gelijke kansen voor iedere leerling te bevorderen. De pilot Rijke Leerdag is afgerond en geslaagd: we gaan hier nu mee verder op tien scholen in Delft. Hier kunnen kinderen na school werken aan hun talenten en zo hun kansen vergroten. De middelen hiervoor komen uit de Regiodeal.   

De gemeente blijft te maken hebben met een groot aantal ontheemden uit Oekraïne. Voor de opvang van ontheemden uit Oekraïne ontvangt de gemeente middelen vanuit het Rijk, die niet volledig besteed worden. Tegelijkertijd leidt de huisvesting van ontheemden in sociale huurwoningen tot (vergroting van) knelpunten in de huisvesting van reguliere woningzoekenden. Dat maakt dat we, naast huisvesting in reguliere sociale huursectorwoningen, ook flexwoningen realiseren. In deze kadernota wordt voorgesteld het voordeel vanuit de Oekraïnemiddelen van het Rijk in te zetten voor de realisatie van flexwoningen aan de Brasserskade, onder andere voor de opvang van Oekraïense ontheemden. In 2027 verloopt voor veel ontheemden uit Oekraïne de tijdelijke beschermingsstatus. Het Rijk werkt op dit moment aan beleid en regelingen voor de periode daarna, waaronder mogelijke scenario’s voor verblijf, terugkeer of opvang.   

Accent: Ruimte voor wonen  
We streven naar gemengde wijken met betaalbare en gezonde woningen. De omgevingsvisie en de nieuwe woonvisie voorzien dat de stad in de periode 2018-2040 groeit met zo’n 15.000 woningen.  De vraag naar woonruimte blijft echter onverminderd groot en de bouwproductie loopt nog niet in het gewenste tempo mee.   

Ook in 2026 en 2027 pakken we door op woningbouwversnelling en betaalbaarheid. Voor woningbouwversnelling nemen we deel aan landelijke en regionale versnellingstafels, forceren we projectdoorbraken op de lokale bouwtafel, optimaliseren we de samenwerking bij de omgevingstafel en zetten we bovenal in op tijdige participatie met inwoners.  

Om de betaalbaarheid van het wonen te vergroten, brengen we een aantal instrumenten in beeld. Zoals mogelijkheden om de starterslening uit te breiden, het behouden van koopgarant van corporatiewoningen en sturen op betaalbare nieuwbouw, waar de sociale huursector een onderdeel van is.  Sturing op het aantal sociale huurwoningen in de gehele reguliere woonvoorraad heeft steeds onze aandacht. Dit mag niet onder de 33% sociaal komen. Aansluiten bij de lijn van het Rijk om twee derde betaalbare woningbouw te realiseren is voor lopende projecten en gesloten contracten niet realistisch. Voor lopende projecten is de lijn dat wij contracten niet openbreken, alleen als de ontwikkelaar daarom vraagt. Maar ook voor nieuwe projecten is het financieel erg lastig. Hierbij is structurele financiële steun vanuit het Rijk noodzakelijk, maar vooralsnog onzeker. Het Rijk werkt aan een nieuwe regeling om de realisatie van betaalbare woningen te ondersteunen. De inhoud en de consequenties van de nieuwe regeling van het Rijk zijn nog niet bekend. 

De woningcorporaties zijn voor ons een belangrijke partner bij ontwikkelingen in de stad en voor prestatieafspraken voor sociale woningbouw. De huurbevriezing  die nu in de voorjaarsnota van het Rijk is ingezet, is desastreus voor Delftse corporaties. Zij moeten op korte termijn hun ambities om te investeren bijstellen. Mogelijk kunnen zij maar de helft van de geplande nieuwbouwopgave realiseren.

Als centrumgemeente en in Haaglanden werken we samen aan de Regionale woon-zorgvisie. Eind dit jaar is deze naar verwachting gereed. Daarin bepalen we wat nodig is aan huisvesting voor urgente aandachtsgroepen, bijvoorbeeld voor Beschermd Wonen (BW), maatschappelijke opvang en ouderenhuisvesting. Bij nieuwbouw gaat het om voldoende woningen voor ouderen, met nultreden, geclusterd en zorggeschikt. Het is van belang dat er voldoende aanbod ontstaat dat aansluit bij de behoeften van kwetsbare doelgroepen. Dat geldt zowel voor de toewijzing van bestaande sociale huurwoningen als voor het toevoegen van nieuwe woningen aan de voorraad. Verder lopen specifieke programma's Langer en Weer Thuis en Actieplan Studentenhuisvesting. Met de dubbele vergrijzing die op Delft afkomt, zijn voor komende colleges ouderenhuisvesting en zorg ook belangrijke opgaven om aan te werken. 

Daarnaast speelt ook gebiedsontwikkeling een cruciale rol in het realiseren van de benodigde woonruimte. Afgelopen periode is veel nieuwbouw gerealiseerd in grote gebiedsontwikkelingen, zoals Nieuw Delft, de Prof. Schoemakerplantage, De Hoven en de TU Delft Campus, maar ook in kleinere projecten verspreid over de stad. Ook hebben we de gebiedsvisie Kop van de Buitenhof vastgesteld. Naast woningen en werkruimte werden ook nieuwe voorzieningen gerealiseerd, zoals paden en wegen, parken, sloten, scholen, energiegebouwen en tijdelijke huisvesting voor vluchtelingen. Omdat de ruimte in de stad beperkt is, zijn meervoudig ruimtegebruik en inventieve oplossingen noodzakelijk. Een mooi voorbeeld is de opgeleverde Tuin van Delft op één van de drukste plekken van Delft: een nieuwe openbare stadstuin met een klimaat-adaptieve ondergrond óp het dak van de spoortunnel.  

In Schieoevers zetten we belangrijke stappen vooruit. Deze zomer werken we toe naar de gebiedsvisie voor Station Delft Campus, waarna we in het najaar de planvorming voor De Strip en de Noordkavel kunnen afronden. Voor het project Kop Nieuwe Haven (voorheen Laga) kan de bouw starten. Zodra het bestemmingsplan voor de verbreding van de Schie onherroepelijk is, kan begonnen worden met het verbreden van de Schie en de aanleg van de loswal en ligplaatsen.  

We zetten naast nieuwbouw ook in op aanpak, onderhoud en verduurzaming van bestaande bebouwing en in de bestaande openbare ruimte. Kijk bijvoorbeeld naar de vernieuwing van de riolering of herinrichting, met meer ruimte voor groen en ontmoeting en minder auto’s. Deze renovaties en vervangingen zijn zichtbaar op verschillende plekken in de stad. 

Een compacte stad als Delft kan ook groeipijn opleveren. Niet altijd lukt het tijdig om alle voorzieningen in te passen in een stad, gelijk aan het groeitempo. Zo heeft Delft nog te weinig vierkante meters betaalbare bedrijfsruimte voor de stadsverzorgende economie. De gewenste culturele en maatschappelijke voorzieningen in de stad komende jaren vragen onze aandacht en keuzes in de toekomst.   

Om te sturen op de gewenste ruimtelijke ontwikkelingen, passen wij waar nodig actief grondbeleid toe. Om het strategisch grondbeleid verder vorm te geven en op orde te houden, is extra capaciteit nodig voor de aankoop van vastgoed en het uitgeven van grondposities. Om de personele uitbreiding mogelijk te maken, is een organisatiebrede personele taakstelling op andere terreinen noodzakelijk om tot een meerjarig sluitende begroting te komen.   

Wij zorgen voor het beheer, het onderhoud en de inrichting van gemeentelijke vastgoed. Als eigenaar van de panden zien wij de onderhoudslasten stijgen en zijn wij genoodzaakt de dotatie aan de onderhoudsvoorziening structureel op te hogen. Voor een beperkt deel van deze panden doen wij het facilitair beheer. Om dat beheer op orde te houden, wordt deze kadernota middelen beschikbaar gesteld.   

Accent: Een gezonde en veilige stad  
Delft is een stad waar inwoners van Delft veilig kunnen wonen en gezond kunnen leven. Een stad met ruimte voor ontmoeting, waar aandacht is voor preventie en het welzijn van de inwoner. 

Op het gebied van veiligheid blijven wij ons inspannen om het veiligheidsgevoel van alle Delftenaren te verbeteren, samen met de stad. Dat doen we o.a. door in te zetten op het terugdringen van criminaliteit, in dat kader is er veel oog op jongeren. Hoewel daar de criminaliteit daalt neemt de intensiteit ervan toe, met behulp van het programma Preventie met Gedrag is de aanpak geïntensiveerd. Een jongereninloop gerealiseerd om in contact te komen met jongeren en hulp en ondersteuning te bieden en is geïnvesteerd in een nauwere samenwerking met onderwijs, dat heeft geresulteerd in een convenant ‘Veiligheid in en om de school Delft’. Wij zetten in op preventie en het vergroten van de maatschappelijke weerbaarheid tegen gedigitaliseerde criminaliteit door in te zetten op bewustwording, en herkenning van signalen, zodat inwoners zich kunnen weren tegen gedigitaliseerde criminaliteit. Dit doen we onder meer door het samen organiseren informatieavonden digitale weerbaarheid georganiseerd samen met de Stichting Samenwerkende Bonden van Ouderen. 

Het fenomeen ondermijning staat nog altijd hoog op de agenda. We blijven inzetten op bewustwording en signaalherkenning, door bijvoorbeeld trainingen te geven aan Jongerenwerkers en Buurtpreventen, de ondernemers te informeren over Meld Misdaad Anoniem en een theatershow (COKE show) voor studenten te organiseren over middelgebruik en de relatie daarmee met georganiseerde criminaliteit. Naast inzet op bewustwording is er ook sprake van stevig bestuurlijk optreden door het nemen van bestuurlijke maatregelen tegen malafide bedrijven en personen.  

Samen met de partners in de stad (met name de politie) acteren wij ook op incidenten, zoals beschietingen van woningen of ernstige overlast, die in aantal en ernst toenemen, met als doel het herstel van de openbare orde en het behoud van aantrekkelijk woon- en leefklimaat. Wij blijven daarbij bouwen op de stevige basis die we samen met onze partners hebben opgebouwd. 

We willen dat jongeren prettig kunnen opgroeien. Op het vlak van jeugd (0 tot 18 jaar) heeft de Stichting Jeugdgezondheidszorg Zuid-Holland West (JGZ-ZHW) een belangrijke preventieve functie. In deze kadernota stellen wij aanvullende middelen beschikbaar voor de Jeugdgezondheidszorg, zodat zij haar preventieve taken goed kan blijven uitvoeren. Dit is een belangrijk onderdeel van het Regionaal Integraal Gezondheidsakkoord (RIGA) en kan bijdragen aan het voorkomen van (kosten voor) jeugdzorg. 

We bevorderen een actief leven van Delftenaren. De aandacht gaat uit naar het verkleinen van de gezondheidsachterstanden in onze wijken. Een voorbeeld hiervan is de speeltuinenkaart uit 2024, die kinderen en ouders stimuleert om naar buiten te gaan en te bewegen. Hoewel wij hierin investeren, zijn deze stappen alleen niet voldoende om grote veranderingen in leefstijl te realiseren.  

Een belangrijke randvoorwaarde om een gezonde leefstijl mogelijk te maken, zijn de toegankelijkheid, functionaliteit en veiligheid van onze sportaccommodaties. De gemeente en sportverenigingen werken samen aan goed beheer en onderhoud van sportaccommodaties. Op het vlak van de buitensport zijn de kosten voor het beheer en onderhoud van bestaande sportvelden en buitensportaccommodaties echter hoger dan verwacht. De verwachting is dat de kosten verder stijgen en daarom reserveren wij extra middelen voor buitensport in deze kadernota. 

Wij vinden het belangrijk om de sportinfrastructuur op orde te brengen. Met de realisatie van het Sportcentrum Maria Duystlaan in 2028 door Sportfondsen krijgt Delft er een nieuwe binnenzwem- en binnensportvoorziening bij. Het sportcentrum is de vervangende nieuwbouw voor het huidige Sportfondsenbad Weteringlaan en het in 2019 gesloten Zwem- en Squashcentrum. Het voorziet in de behoefte aan ruimte voor bewegingsonderwijs en verenigingssport. Als gemeente leveren wij een financiële bijdrage aan de planvormingskosten. In deze kadernota worden hiervoor aanvullende middelen gereserveerd. 

Vanuit mobiliteit vergroten wij ook het bewustzijn over de voordelen van wandelen en fietsen voor gezondheid en duurzaamheid. Het verbeteren van de verkeersveiligheid voor de voetganger en de fietser is een belangrijke pijler. Om de verkeersveiligheid te verbeteren, hebben wij met succes bij zeven basisscholen de pilot 'Veilig op de fiets' uitgevoerd, in samenwerking met scholen, leerlingen, ouders en omwonenden. De Adaptieve Mobiliteitsagenda richt zich op projecten die bijdragen aan het verminderen, veranderen en het verschonen van verkeer. In een stad die steeds verder verdicht en groeit, is mobiliteit een essentieel onderwerp. De uitvoering van de adaptieve mobiliteitsagenda wordt de komende jaren voorgezet.  

Accent: Een duurzame stad
Samen met inwoners, bedrijven en organisaties zetten we stappen richting een schonere toekomst. Het doel is om in 2050 klimaatneutraal en klimaatbestendig zijn. Naast onze opgave van de Energietransitie werken we aan klimaatadaptatie en thema’s als water, natuur, biodiversiteit, schone lucht, geluid en bodemkwaliteit en aan een circulaire economie.  

Activiteiten die bijdragen aan deze doelen maken steeds meer onderdeel uit van onze standaard werkwijze in de openbare ruimte en in onze projecten. Bij onze aanpak leggen we extra nadruk op vergroenen, met het oog op klimaatadaptatie en onze gezondheid. In dat kader laten we onderzoek doen naar mogelijk herstel van de bomenlijn langs de Schie, waarover de raad een initiatiefvoorstel heeft ingediend. Vanuit de Visie Groen en Biodiversiteit werken we aan het versterken van het groenblauwe netwerk door de stad en aansluitend op de regio. De inzet op biodiversiteit continueren we binnen bestaande middelen.  

We gaan ook door met het project klimaatmaat, om bewoners te ondersteunen bij het klimaatbestendig maken van hun buitenruimte, op zo’n manier dat tegelijkertijd de biodiversiteit wordt versterkt. Dit is een samenwerking met De Papaver. Komende periode gaan wij verder in gesprek over de huisvesting van De Papaver en de noodzaak tot renovatie. De beoordeling van het plan vraagt nog tijd - wij komen hier bij de begrotingsbehandeling op terug.  

Volgens de Raad voor het Openbaar Bestuur ontvangen we niet de middelen die noodzakelijk zijn om de klimaatdoelen te behalen. Uit de voorjaarsnota van het Rijk blijkt dat we voor de klimaatdoelen middelen blijven ontvangen, maar dat deze onvoldoende worden geïndexeerd en niet worden opgehoogd. De onbalans tussen de klimaattaken en rijksmiddelen én de beperkte investeringsmogelijkheden voor woningcorporaties om sociale huurwoningen te verduurzamen, hebben gezamenlijk een negatief effect op de realisatie van de klimaatdoelen. 

In 2021 is besloten grootschalige werkzaamheden, zoals riolering en wegen, te koppelen aan een bredere kwaliteitsimpuls voor een wijk of buurt: de gevel-tot-gevel-aanpak. Met kwaliteitsimpuls bedoelen we dan: ruimte voor groen, sporten en ontmoeting en een openbare ruimte die goed toegankelijk en verkeersveilig is. In de ontwerpfase wordt volgens het principe ‘samen maken we de stad’ nauw afgestemd met de inwoners. Inmiddels hebben we naar tevredenheid één project gerealiseerd (Fuutlaan Tanthof). Momenteel zijn de gevel-tot-gevel-projecten in Voorhof en Buitenhof in voorbereiding en ligt er een concreet plan voor de gevel-tot-gevel-aanpak in de Multatulibuurt. De middelen voor de uitvoering in 2028 zijn in deze kadernota opgenomen. 

In 2024 is het afvalbeleidsplan ‘Grip op Delfts Afval’ vastgesteld. Samen met de inwoners gaan Avalex en de gemeente werken aan ‘Waardevol grofvuil’. Het doel is werken aan bewustwording dat grofvuil een waardevolle afvalstroom is. Door deze inzet vinden meer spullen een weg binnen het circulair ambachtsnetwerk en in de recycling. Het circulair ambachtsnetwerk in Delft-West is een belangrijk initiatief op het vlak van circulaire economie. Om het uitwisselen en gebruik van reststromen onder ondernemers te stimuleren, zetten we in op onder andere het Circle Lab. Minder grofvuil op straat draagt ook bij aan onze inzet voor een schonere openbare ruimte. We verwachten ook dat de openbare ruimte schoner en veiliger wordt, omdat minder grofvuil op straat staat. En dat minder inzamelmomenten nodig zijn. Of deze besparingen voldoende zijn om de kosten van ‘waardevol grofvuil’ op te vangen, staat nog niet vast. Daarom houden we in deze kadernota rekening met een stijging van de afvalstoffenheffing.   

Accent: Economische kracht en bruisende stad  
De economische basis van Delft krijgt een impuls. We creëren meer ruimte voor bedrijven, stimuleren extra werkgelegenheid, versterken het (kennis)ecosysteem, bouwen verder aan een robuuste bezoekerseconomie en blijven zorgen voor een evenwichtig aanbod van evenementen. 

In Delft groeit de werkgelegenheid en neemt het aantal mensen met een uitkering af. Het aantal inwoners dat gebruikmaakt van een (bijstands)uitkering is historisch laag. In 2024 zijn er zelfs meer banen bijgekomen dan we als doelstelling hadden gesteld. Tegelijkertijd blijft de groei van het aantal vierkante meters bedrijfsruimte achter bij de ambitie, wat leidt tot knelpunten voor gevestigde bedrijven en minder vestigingsmogelijkheden voor nieuwe ondernemers. In deze kadernota besluiten wij dan ook om onze inzet op het programma betaalbare bedrijfsruimte te continueren. Daardoor kunnen wij blijven werken aan instrumenten die bijdragen aan de realisatie van meer vierkante meters betaalbare bedrijfsruimte. Denk aan de beoogde inzet van een stadsmakelaar, die vraag en aanbod in kaart brengt en een actieve rol speelt in het beter benutten van bestaande bedrijfsruimten. Niet alleen bij de gebiedsontwikkelingen op Schieoevers Noord en Zuid, maar ook rondom Station Campus en elders in de stad is dit noodzakelijk. Ook de netcongestie maakt dat een effectieve inzet van bestaande bedrijfsruimten belangrijk is. Bij nieuwe ontwikkelingen sturen we erop om tenminste 10% van de ruimte te bestemmen voor bedrijfsruimte. 

Evenementen zijn een essentieel onderdeel van Delft en dragen bij aan de economische groei, sociale cohesie en culturele diversiteit. In sommige gevallen zijn er echter continuïteitsproblemen en hebben organisatoren te maken met een enorme stijging van de kosten. Het is voor ons van belang dat het bestaande evenementenaanbod behouden blijft, toekomstbestendig is en dat er ruimte is voor nieuwe initiatieven in de wijken die bijdragen aan een volwaardig aanbod. Deze kadernota voorziet hierin met een impuls evenementenregeling. 

Samen met onze cultuurpartners werken we aan toegankelijkheid van cultuur voor iedereen. OPEN is de culturele bruisende huiskamer van de stad, een initiatief van DOK en De VAK. Deze kadernota investeren we in OPEN om de geluidsoverlast voor omwonenden tegen te gaan, omdat iedereen recht heeft op een prettige leefomgeving.  De Rijke Leerdag is ook een middel om kinderen in aanraking te laten komen met cultuur. Dat is niet voor iedereen vanzelfsprekend. Binnen het culturele veld hebben we afspraken gemaakt over eerlijke betaling aan de culturele professionals (fair pay). Verder voorzien we in een subsidieregeling voor kleine organisaties en makers, om innovatie aan te jagen en het cultureel potentieel te benutten van kleine organisaties en makers. 

Op het vlak van cultuur en maatschappelijke voorzieningen hebben wij steeds beter inzicht in de noodzakelijke investeringen in de infrastructuur.  De komende periode gaan wij concreet aan de slag met een aantal voorzieningen vanuit het oogpunt van renovatie, verduurzaming en toegankelijkheid, maar ook om de groei in de stad te faciliteren. Zo wordt het Rietveld Theater verbouwd tot een centrum van Podiumkunsten. 

Het Museum Prinsenhof is sinds januari 2025 gesloten vanwege de verbouwing en vernieuwing. Het project wordt uitgevoerd binnen de bestaande financiële kaders. Voor mogelijke tegenvallende opbrengsten van de cofinanciering blijven we een buffer aanhouden. Er zijn kansen gesignaleerd om de buitenruimten en de vervanging van het glazen dak in de realisatiestroom van het project mee te nemen. Deze kadernota stellen we geen aanvullende middelen hiervoor beschikbaar, waardoor het project binnen de huidige scope blijft. We monitoren de besteding van middelen voor het project. Als zich een financieel verantwoorde mogelijkheid voordoet, vindt daarover besluitvorming in de raad plaats.  

Voor Theater de Veste zijn inmiddels scenario’s voor de toekomst verkend en wordt binnenkort een procesvoorstel voor een mogelijke nieuwbouw van het theater aan de raad verzonden. Het is goed daarbij te benoemen dat we een nieuwbouw niet voor 2040 verwachten. Los van deze plannen vraagt het huidige pand onderhoudsinvesteringen voor de kortere termijn. Daarom stellen we in deze kadernota middelen beschikbaar voor de tijdelijke instandhouding van Theater de Veste, zodat we het gebouw de komende jaren kunnen blijven inzetten voor theater. Deze kadernota hebben we besloten om, naast de reguliere inzet op cultuur, nu prioriteit te geven aan de realisatie van deze cultuurprojecten.  

In eerdere kadernota’s en de Programmabegroting 2025-2028 staat dat we voorbereidingen treffen voor de herhuisvesting van Erfgoed Delft. In deze kadernota is besloten dat Erfgoed haar dienstverlenings- en publieksconcept voortaan gaat uitvoeren op een nieuwe, zichtbare en publiek toegankelijke locatie op de Westvest 9. Hiermee geven we een passende invulling aan de vastgestelde Erfgoednota en vindt verduurzaming en verbetering plaats van het monument Westvest 9. 

Stevig fundament  
De gemeente levert goede dienstverlening, zo blijkt uit onze Omnibusenquête. Met onze dienstverlening ondersteunen wij inwoners, ondernemers, organisaties en bezoekers om hun zaken eenvoudig te regelen. Van initiatief in de stad tot het leveren van een product. De organisatie werkt hieraan op basis van een visie met vier leidende principes: in onze dienstverlening werken we voor en samen met de stad, we zijn er voor iedere Delftenaar, onze dienstverlening is toegankelijk én is eigentijds. Om een goede dienstverlening te blijven leveren, zet de gemeente ook de komende periode in op deze dienstverleningswaarden. 

We werken voor de grote opgaven en zorgen dat de reguliere taken goed worden uitgevoerd. In dat kader is de gemeentelijke organisatie de afgelopen jaren gegroeid. Deze groei is gefinancierd met tijdelijke middelen en projectbudgetten. De omvang van de organisatie moet echter passen bij de middelen die hiervoor beschikbaar zijn. We monitoren dit twee keer per jaar, zodat de organisatie kan meebewegen en blijft aansluiten bij de hoeveelheid werk die we voor de stad moeten verrichten. De krapte op de arbeidsmarkt vormt een uitdaging voor het uitvoeren van projecten en het realiseren van doelen. Door de concurrentie om arbeidskrachten en de grote vraag naar specifieke vaardigheden, kan de gemeente niet altijd de noodzakelijke uitvoeringskracht inzetten om ambities tijdig en volledig te realiseren.