Het EMU-saldo is in alle jaren negatief. Dit betekent dat op kasbasis de uitgaven hoger zijn dan de inkomsten bij de gemeente Delft. Uitgaven aan investeringen zijn hiervoor de belangrijkste verklarende factor. Met het EMU-saldo is rekening gehouden in de financieringsbehoefte van de gemeente. In het bestuurlijk overleg tussen Rijk, provincie, gemeenten en waterschappen (18 januari 2013 en 14 september 2015) is afgesproken dat er geen sturingsmaatregelen door het Rijk op basis van EMU-saldo en geen referentiewaarden op het individueel niveau van de decentrale overheden meer worden bepaald. Op basis van eerder bepaalde referentiewaarden zou het EMU-saldo in 2024 € 23,6 miljoen negatief mogen zijn (bron: decembercirculaire 2023).
Het Weerstandsvermogen
Terug naar navigatie - Het WeerstandsvermogenHet weerstandsvermogen is de ratio van de beschikbare weerstandscapaciteit en de benodigde weerstandscapaciteit.
De beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit de volgende middelen en mogelijkheden om onverwachte en substantiële kosten te dekken, die niet zijn opgenomen in de begroting:
- Incidentele weerstandscapaciteit: dit is het saldo van de Algemene reserve en bedraagt eind 2025 ruim € 95 miljoen. Dit totaal is exclusief het saldo van de buffer die vorig jaar is ingesteld voor onder meer cofinanciering en nieuw beleid. De nadere toelichting op de Algemene reserve en de financiële ruimte op basis van incidentele dekkingsmiddelen volgt hieronder.
- Structurele weerstandscapaciteit: dit betreft de post Onvoorzien (€ 100.000) en onbenutte belastingcapaciteit. De post Onvoorzien is structureel beschikbaar voor incidentele tegenvallers die onvoorzien, onontkoombaar en onuitstelbaar zijn. Als de tegenvaller toch structureel is, dan moet deze in het volgende begrotingsjaar op een andere wijze worden gedekt. De onbenutte belastingcapaciteit voor onroerendezaakbelasting (OZB), afvalstoffen- en rioolheffingen is gelijk aan de belastingheffing die nog kan plaatsvinden tot het niveau dat een gemeente moet heffen om voor toelating van een artikel 12-aanvraag in aanmerking te komen of totdat 100% kostendekkendheid is gerealiseerd. Voor Delft is de onbenutte belastingcapaciteit circa € 2,1 miljoen.
De benodigde weerstandscapaciteit is afhankelijk van de aard, kans van optreden en de omvang van de risico's waarmee de gemeente wordt geconfronteerd. De optelling van de risico's is € 42,8 miljoen (zie het risicoprofiel voor het actuele overzicht van de risico's).
Het weerstandsvermogen wordt bepaald door de verhouding tussen de beschikbare weerstand (2025: € 76,9 miljoen) en benodigde weerstand (€ 42,8 miljoen). In 2025 is de score van 1,79 als 'ruim voldoende (1,4<wv<2,0)' te karakteriseren. Na aftrek van de benodigde weerstandscapaciteit is de vrij besteedbare ruimte € 33,7 miljoen. Deze ruimte is betrokken bij de incidentele dekkingsmiddelen.