7 Gezonde en sociale stad

Algemeen

Terug naar navigatie - 7 Gezonde en sociale stad - Algemeen

We werken aan een gezonde, veilige en inclusieve stad, met inzet op ontmoeting en preventie. Delftenaren moeten een gezonde leefomgeving hebben, waarin ze prettig en actief kunnen wonen, opgroeien en ouder worden. Een gezonde stad is een investering in gezonde en gelukkige mensen. Een waardevolle investering die in de toekomst de vraag naar extra zorg kan beperken. We zetten in op een stad waar iedereen mee kan doen en maken werk van inclusie. Dit geldt vanzelfsprekend voor de gehele stad, maar in het bijzonder voor de opgave die de gemeente heeft met betrekking tot Delft-West. Hiermee geven we invulling aan de bestuurlijke accenten 'Delft kansrijk voor iedereen' en 'een gezonde en veilige stad'. 

Relevante beleidskaders

Onder dit programma vallen de volgende onderwerpen:
Basisvoorzieningen, toegang en eerstelijnsvoorzieningen: inclusief Veilig thuis, Zorg In Natura en persoonsgebonden budgetten voor jeugd en volwassenen, Langer en Weer Thuis, beschermd wonen, maatschappelijke en vrouwenopvang/huiselijk geweld, verslavingsbeleid, begeleiding ex-gedetineerden, (jeugd)gezondheidszorg (JGZ, GGD) en kostenverdeelstaat (ureninzet op het programma). 

7.1 Wat willen we bereiken

Overzicht beleidsindicatoren

Terug naar navigatie - 7.1 Wat willen we bereiken - Overzicht beleidsindicatoren

Algemeen 

Wij werken aan een gezonde, veilige en inclusieve stad, met inzet op ontmoeting en preventie.

Gezonde en sociale stad Stand: Streven: PB 2026 Streven: 2030
Jeugdzorg: aandeel geslaagde hulpverlening 72% 71% 71%
Waardig oud worden: % eenzaamheid 75+ 53% 48% 45%
% Eenzaamheid 44% 38% 35%
% Voelt zich vaak/soms gediscrimineerd 12% 9% 5%

Toelichting op de beleidsindicatoren

Terug naar navigatie - 7.1 Wat willen we bereiken - Toelichting op de beleidsindicatoren

Jeugdzorg: aandeel geslaagde hulpverlening
Het aandeel jeugdhulptrajecten dat volgens plan wordt afgesloten. We streven ernaar om het percentage van de geslaagde jeugdhulptrajecten boven de 71% te houden. Onder invloed van landelijke ontwikkelingen streven we naar het verkleinen van de jeugdhulp doelgroep. Voor de complexere groep die overblijft is het reëel dat het % geslaagde jeugdhulp daalt. Daarom is het structureel op of boven de 71% houden ambitieus. Bron: CBS. 

Waardig oud worden: % eenzaamheid 75+
Het aandeel Delftenaren van 75 jaar en ouder dat eenzaamheid ervaart, sociaal en emotioneel. We streven ernaar de eenzaamheid onder ouderen te verkleinen. Ouderen zijn een doelgroep van de aanpak eenzaamheid. Zie ook de toelichting op de hiernavolgende beleidsindicator. Bron: Omnibusenquête.

% Eenzaamheid
Het aandeel Delftenaren dat eenzaamheid ervaart, sociaal en emotioneel. We streven naar het verlagen van het percentage eenzaamheid. Op basis van cijfers zien we dat de eenzaamheid in Delft is toegenomen. De gemeente heeft niet of nauwelijks invloed op een groot aantal ontwikkelingen in het leven van een inwoner en in de samenleving. Daarmee is het uitdrukken van eenzaamheid in een percentage en het bestrijden ervan lastig. De sturingsmogelijkheden die de gemeente heeft, zijn vooral: verbinden met andere partners, het incorporeren binnen beleidsterreinen en inzetten op ontmoeting. Een hoger percentage eenzamen in Delft geeft de noodzaak weer voor een programma tegen eenzaamheid. We merken op dat we in Delft te maken hebben met veel studenten en vergrijzing. Deze specifieke doelgroepen zijn gemiddeld vaker eenzaam en zijn daarom onderdeel van de aanpak. Ook is de aanpak verbreed met speciale aandacht voor de doelgroepen jongeren, GGZ en inwoners met een migratieachtergrond.

% Voelt zich vaak/soms gediscrimineerd
Het aandeel Delftenaren dat zich vaak/soms gediscrimineerd voelt. Bron: Omnibusenquête.

7.2 Wat gaan we ervoor doen

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - 7.2 Wat gaan we ervoor doen - Doelstellingen

Gezondheid, preventie en sociale basis

Terug naar navigatie - 7.2 Wat gaan we ervoor doen - Doelstellingen - Gezondheid, preventie en sociale basis

We zetten in op fysieke en mentale gezondheid, preventie en een stevige sociale basis voor jong en oud. Dit is verankerd in de diverse beleidskaders om een gezond en actief leven van Delftenaren te bevorderen en krijgt uitwerking binnen Positieve Gezondheid.

We versterken de sociale basis vanuit de gemeenschappen. Zodat inwoners binnen hun sociale netwerk de veerkracht ervaren om in eigen regie invulling te geven aan hun leven en kunnen deelnamen aan de samenleving.

Met het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA) en het Integraal Zorg Akkoord (IZA) is ingezet op een gezonde generatie in 2040. Met het Regionaal Integraal Gezondheidsakkoord (RIGA) is met partners en gemeenten regionaal ingezet op het uitvoering geven aan het IZA, in samenhang met het GALA. De toekomst van het GALA na 2026 en het IZA is nog niet helemaal duidelijk. Wel is het transformatieplan goedgekeurd en de SPUK toegekend. Daarmee gaan we in 2026 met alle partners aan de slag.

Stichting Jeugdgezondheidszorg Zuid-Holland West (JGZ) voert in Delft de preventieve wettelijke taak uit voor jeugdgezondheidszorg (0-18 jaar). Daarnaast geven zij op verzoek van de gemeente vorm aan aanvullende diensten, zoals de samenwerking tussen het medisch en het sociaal domein. Tegelijkertijd houden deze aanvullende diensten ook uitvoering in, zoals de ketenaanpak overgewicht en interventies als Kansrijke Start voor Ouders (Kasto), Prenataal Huisbezoek (het Goede Start gesprek) en Regie op preventie (voorlichting op scholen voor voortgezet onderwijs). Door zo vroeg mogelijk ondersteuning te bieden waar nodig willen we zoveel mogelijk zorgvragen op latere leeftijd voorkomen.

GGD Haaglanden is de uitvoerende partij voor de wettelijke taak preventieve gezondheidszorg (18+). De GGD zet vooral in op preventieve maatregelen voor de gezondheid van de bevolking en risicogroepen. Het gaat om onder meer gezondheidsonderzoek van grote groepen mensen. De GGD adviseert ons over publieke gezondheid en voert voor Delft lokale taken uit. Dat zijn taken op het gebied van de Gezonde-Schoolaanpak, sociaal-medisch advies en geweld in afhankelijkheidsrelaties. Ook is de GGD vroegtijdig betrokken bij het ontwikkelen van omgevingsbeleid en bij gebiedsontwikkelingen. Het gaat om bijvoorbeeld binnenhuisklimaat, bescherming geluid- en luchtkwaliteit en bescherming tegen hitte.

Vanuit het GALA en het IZA ligt ook de opdracht om via de fysieke leefomgeving te werken aan gezondheid en het terugdringen van de zorgvraag.

In 2026 gaan we verder met de uitvoering van de landelijke akkoorden vanuit een lokaal plan van aanpak (Brede Specifieke Uitkering voor de thema’s sport en bewegen, cultuur, gezondheid en sociale basis) en een regionaal plan van aanpak (RIGA). Tevens verbinden we de uitvoering van de doelen uit het GALA aan het Hoofdlijnen Sportakkoord II en de Brede Regeling Combinatiefuncties. In 2026 gaan we verder met de uitvoering van de vijf ketenaanpakken, waarbij de mate beïnvloed blijft worden door Rijksmiddelen:
• Kansrijke Start 
• Valpreventie 
• Kind naar Gezond Gewicht 
• Gecombineerde Leefstijlinterventie overgewicht en obesitas volwassenen 
• Welzijn op recept

Regionaal werken partners en gemeenten vanuit de programmalijn Gezond Leven uit het RIGA ook samen aan deze ketenaanpakken. Hiermee wordt de verbinding gemaakt tussen het medisch en het sociaal domein, waarbij niet elke hulpvraag een zorgvraag is.

Als onderdeel van het GALA komen we in het najaar van 2025 met een beleidsvisie om het fundament van een sociale basis in Delft te versterken, samen met inwoners en gemeenschappen. Hiermee geven we invulling aan de beweging van zorg naar preventie en gezondheid. Ook versterken we de bestaande sociale structuren in de wijken door het organiseren van meer informele en formele ondersteuning dichtbij inwoners in de wijk. Dit vraagt om een hernieuwde welzijnsaanpak per 2026 die mede is vormgegeven met het inrichten van een nieuwe verbonden partij, Delft voor Elkaar BV. In 2026 zal deze partij voor het eerst operationeel zijn en via een opdracht van de gemeente haar werkzaamheden vormgeven.

Naast de landelijke en regionale opgaven die uitwerking krijgen in Delft, voeren we ook onze lokale beleidskaders uit. Zo voeren we het beleidskader Jeugdpreventie en de notitie Gezondheidsbeleid 2020-2026 uit. In de wijken Voorhof en Buitenhof gaan we in 2026 voor volwassenen verder met de interventies van Positieve Gezondheid in de wijk, samen met bewoners en maatschappelijke partners. Binnen het brede kader van Positieve Gezondheid zetten we de interventies voort uit het lokaal preventieakkoord. In 2026 zetten we de aanpak tot een meer integrale aanpak van eenzaamheid voort en starten we met het herijken van de gezondheidsnotitie, in lijn met de landelijke nota gezondheidsbeleid. In samenwerking met inwoners en partners in de stad blijven we werk maken van toegankelijkheid in Delft en voeren de maatregelen uit de inclusieagenda uit. Verder wordt er gestart met het opstellen van beleid omtrent suïcidepreventie. 

Met de ketenaanpakken Kansrijke Start en Kind naar gezond gewicht bouwen we aan een gezonde generatie die kansrijk opgroeit. Tegelijkertijd verbinden we JGZ aan de lokale toegang om kennis en expertise tussen preventie en zorg uit te wisselen en te voorkomen dat jeugdigen onnodig in de jeugdhulp terecht komen.

Jeugdzorg en Wmo

Terug naar navigatie - 7.2 Wat gaan we ervoor doen - Doelstellingen - Jeugdzorg en Wmo

We blijven inwoners (0-100 jaar) die dat nodig hebben ondersteunen, zowel met jeugdhulp als met Wmo-maatwerkvoorzieningen. Jeugdhulp wordt uitgevoerd door regionaal ingekochte zorgaanbieders, die zowel individuele als groepsgerichte inzet plegen. Ambulante jeugdhulp is de meest voorkomende vorm van jeugdhulp, maar ook verblijfsvoorzieningen, crisiszorg en jeugdbescherming/jeugdreclassering worden waar nodig ingezet. Verwijzers naar zorg handelen vanuit het principe 'licht waar mogelijk, zwaar waar nodig'. Daarmee hebben zij een sleutelpositie in het bepalen waarin voorliggende voorzieningen toereikend zijn voor de inwoners of waar zwaardere vormen van zorg noodzakelijk zijn.

Net als elke gemeente in Nederland heeft Delft te maken met stijgende jeugdhulpkosten. Door de stijgende kosten (die niet in verhouding staan tot de inkomsten vanuit het Rijk) zijn we genoodzaakt om zowel lokaal als regionaal (bijvoorbeeld door de aanpak kostenbeheersing) na te denken over manieren om kosten te besparen. Door een scala aan maatregelen lukt het ons echter, net als voorgaande jaren, de begroting sluitend te krijgen zonder dat passende zorg of hulp in gedrang komt of keiharde bezuinigingen noodzakelijk zijn. Enerzijds blijven we bezig met de transformatie van het sociaal domein. Met dergelijke maatregelen, bijvoorbeeld door meer inzet op preventie en hulp dichterbij bij inwoners te organiseren, zorgen we voor structurele besparingen. We stellen hierbij de inhoud centraal en focussen op de meest kwetsbare inwoners. In de regio Haaglanden is in 2024 het plan van aanpak kostenbeheersing Jeugdhulp vastgesteld. De uitvoering is gestart en krijgt in 2026 een vervolg. Ook lokaal nemen we maatregelen waar mogelijk en benutten hiervoor middelen die beschikbaar gesteld zijn in de reserve Sociaal domein. Hiermee willen we de structurele kosten omlaag gaan brengen. Het jaar 2026 zal verder vooral in het teken staan om te komen tot herziene/nieuwe contracten met jeugdhulpaanbieders per 1 januari 2027. Anderzijds blijven we realistisch verwachte kostenstijgingen prognosticeren, zie ook paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing, en blijven Rijksontwikkelingen nauwlettend volgen. Zowel inhoudelijk (of onze maatregelen in lijn zijn met o.a. de Hervormingsagenda) als financieel (commissie Van Ark).

Voorbeelden van maatwerkvoorzieningen (18+) zijn: sociaal en persoonlijk functioneren, ondersteuning en regie bij het huishouden, dagbesteding, woningaanpassingen, vervoer en hulpmiddelen. De regionale contracten voor de Wmo-diensten zullen worden verlengd.

De beweging om maatwerk en algemene voorzieningen beter te verbinden, wordt voortgezet. Speciale aandacht gaat bij uit naar de specifieke doelgroep ouderen. Wij werken aan een dementievriendelijke gemeente en bieden herstelgerichte interventies aan (krachtig ouder worden). Ook zetten we in op collectieve woonvormen waarbij ouderen elkaar kunnen ondersteunen en geïndiceerde zorg wordt voorkomen en we blijven in zetten op seniorenhonken etc.

Toegang
Delft Support biedt, als toegangspoort (0-100 jaar) zowel voor jeugd als Wmo, laagdrempelige en passende ondersteuning (jeugd) of leidt daarnaartoe (Wmo en jeugd). Daarbij stuurt zij erop dat de ondersteuning ‘licht waar mogelijk, zwaar waar nodig’ is. Delft Support levert gespecialiseerde jeugdhulp niet zelf. Dit gebeurt door regionaal ingekochte zorgaanbieders.
Ook de inzet van de doorbraakmethode gaat door. Met name het Sociaal Team zet deze methode in bij multidisciplinaire problemen van inwoners. Delft Support werkt nauw samen met preventie-, onderwijs-, zorg- en veiligheidspartners. Voor de verdere verbinding van het medisch en sociaal domein, in het kader van het RIGA, vragen we ook inzet van Delft Support. Ook komend jaar zet Delft Support waar nodig extra capaciteit in voor de ondersteuningsbehoefte van bewoners bij ingrijpende renovaties van woningen (Meldpunt Bezorgd) en het voorkomen van overlast door verward of onbegrepen gedrag, uiteraard in aanvulling op o.a. sociale begeleiding van de corporaties en aannemers. 

Hervormingsagenda en toekomstscenario Kind- en Gezinsbescherming
We zien veel knelpunten (bijvoorbeeld wachtlijsten en het hoge percentage kinderen met jeugdhulp) in de jeugdzorg die dringend vragen om actie om het voor onze kinderen en hun ouders beter en makkelijker te maken. Dat vraagt verder te gaan met de volgende opgaven uit de Hervormingsagenda:

  • Toegankelijke en beschikbare jeugdzorg voor de meest kwetsbare jeugdigen en gezinnen;
  • Gezinsgerichte zorg;
  • Stevige lokale teams die waar nodig ook zelf hulp bieden;
  • Kinderen groeien zo thuis mogelijk op;
  • Jeugdigen en ouders kunnen vertrouwen op goede kwalitatieve zorg die daadwerkelijk helpt;
  • Versterken verbinding zorg en onderwijs;
  • Samenwerking tussen gemeente en aanbieders wordt versterkt;
  • Verminderen van de bureaucratie en houdbaar financieringsmodel.

Met deze opgaven gaan we verder met de beweging die we in Delft al hebben ingezet. Om de knelpunten die we zien in de jeugdbeschermingsketen het hoofd te bieden, is landelijk het Toekomstscenario Kind- en Gezinsbescherming ontwikkeld. Naar aanleiding daarvan werken we aan vervlechting tussen het programma Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (HGKM) en de jeugdbeschermingsketen. Ook loopt er een regionale proeftuin om te experimenteren met nieuwe vormen van samenwerking rondom complexe veiligheidscasussen. Toch is de toekomst van deze ontwikkeling onzeker, omdat het Rijk vooralsnog geen middelen heeft vrijgemaakt om deze opgave verder vorm te geven. In 2026 bouwen we onder de huidige financiering de proeftuin uit om toe te werken naar een reguliere werkwijze.

We werken toe naar een herziening van jeugdhulpcontracten dan wel nieuwe inkoop hiervan, om per 2027 een aantal van bovenstaande opgaven ook in contracten een plek te geven. Bij de herziening wordt expliciet gekeken naar hoe de jeugdhulp als een gezamenlijke opgave door toegang, jeugdhulpaanbieders en gemeente kan worden opgepakt. Hierbij gaan kostenbeheersing en kwaliteitsverbetering hand in hand.

Wmo Centrumgemeentetaken
Delft voert voor (en in samenwerking met) de gemeenten in de DWO-regio (Delft, Westland, Oostland) enkele taken uit als centrumgemeente. De taak van de centrumgemeente is het financieren van voorzieningen die hieronder vallen en het voeren van regie op het beleid. De taken als centrumgemeente gaan over openbare geestelijke gezondheidszorg (OGGZ) en hieraan gelieerde taken, zoals verslavingszorg en ketenzorg GGZ, maatschappelijke opvang, beschermd wonen beschermd thuis en vrouwenopvang/huiselijk geweld kindermishandeling en Veilig Thuis. 
Er komt in 2026 een nieuwe regiovisie, voornamelijk gericht op de uitvoering van wettelijke taken als Vrouwen Opvang, Veilig Thuis, Centrum Seksueel Geweld, MDA++ (multidisciplinaire aanpak in het kader van terugkerend huiselijk geweld). Het is de wens om ook de pilot Stalking te verlengen. Aanvullend hierop zal er een lokaal plan geschreven worden. Wensen voor doorontwikkeling zijn: focus op preventie en bewustwording, aanbod voor plegers en (potentiële) slachtoffers, samenwerking met ervaringsdeskundigen laagdrempelig in de wijk. En de lokale netwerksamenwerking verder verstevigen.  
Vanuit OGGZ wordt verder gewerkt aan de ketenaanpak GGZ/bemoeizorg. De afgelopen jaren hebben we een stijging gezien van het aantal personen met verward of onbegrepen gedrag. Met ZonMW-subsidie wordt  een pilot uitgevoerd met een buurtGGZ’er, om eerder te kunnen reageren op signalen over personen met verward of onbegrepen gedrag. Deze pilot loopt tot en met 2027. Tevens werkt sinds februari 2025 een sociaal verpleegkundige van Delft Support twee dagdelen per week vanuit het politiebureau om van daaruit de politie te ondersteunen bij de meldingen over inwoners met verward/onbegrepen gedrag.
Voor Beschermd wonen beschermd thuis gaan we in de DWO-regio door met de transformatie: de ontwikkeling naar ‘zo thuis en lokaal mogelijke ondersteuning in de wijken’. Ondanks uitstel en mogelijk afstel van het woonplaatsbeginsel zetten we deze koers onverminderd door en doen dit in een nauwe regionale samenwerking. 
Voor de opvang van dak- en thuislozen geven we invulling aan het nationaal actieplan dakloosheid 'Eerst een thuis'. Hiertoe worden in Delft en de regiogemeenten flexwoningen gerealiseerd, werken we met de methodiek Housing First en zetten we Vangnet in de Buurt in waar dat nodig is. 

Delft-West

Terug naar navigatie - 7.2 Wat gaan we ervoor doen - Doelstellingen - Delft-West

Binnen Delft-West zetten we met inwoners van de stad op dit beleidsterrein in op een gezondere en socialere stad. Dit betekent extra inzet op bijvoorbeeld collectieve jeugdhulp- en onderwijsvoorzieningen (specifiek groeigroepen Horizon). Verder is vanuit Preventie met Gezag versterking op jongerenwerk gerealiseerd en zetten we in op sleutelfiguren in de wijk. Ten slotte continueert het programma Langer en weer thuis financieel onder Delft-West. Ondanks dat het programma betrekking heeft op de gehele stad, wordt dit gefinancierd vanuit Delft-West vanwege de sterke onderlinge inhoudelijke en geografische verbinding. De meeste inzet vindt namelijk in deze wijken plaats, onder andere 3 van de 4 locaties van het onderliggende programma Gezond en wel thuis. Vanuit de SPUK Kansrijke Wijk zetten we in op het jonge kind, armoede en weerbaarheid, door bijvoorbeeld peuterplusgroepen en het bouwdepot.

7.3 Wat mag het kosten

Overzicht mutaties

Terug naar navigatie - 7.3 Wat mag het kosten - Overzicht mutaties

 

(bedragen × € 1.000) Begroting 2026 Raming 2027 Raming 2028 Raming 2029
Gezonde en sociale stad
Stand Programmabegroting 2025-2028 -123.302 -122.982 -122.632 -122.645
Septembercirculaire 2024 -2.426 -2.477 -2.477 -2.477
Meicirculaire 2025 -2.330 -1.110 -1.110 -1.110
Kadernota 2026 -6.900 -7.590 -3.800 -3.800
Nominale ontwikkeling -4.875 -4.920 -4.783 -4.895
Reserves en voorzieningen -3.000 -1.000 -1.000 -
Bestaand beleid
- subsidie school's cool 39 39 39 39
- overige mutaties 144 556 701 704
Totaal - Gezonde en sociale stad -142.650 -139.484 -135.062 -134.184

Toelichting op de mutaties

Terug naar navigatie - 7.3 Wat mag het kosten - Toelichting op de mutaties

Septembercirculaire 2024 (lasten -/- € 2.426.000)
In de septembercirculaire zijn voorstellen opgenomen voor beschermd wonen, GGZ behandeling zonder verblijf, maatschappelijke opvang en vrouwenopvang. 

Meicirculaire 2025 (lasten -/- € 2.330.000)
In de meicirculaire zijn voorstellen opgenomen voor met name beschermd wonen en wmo eigen bijdrage. 

Kadernota 2026 (lasten -/- € 6.900.000)
In de kadernota zijn voorstellen opgenomen voor toekomstbestendige JGZ, autonome groei jeugdzorg, actualisatie wmo, nationaal actieplan dakloosheid en beschermd wonen (12e begrotingswijziging 2025). 

Nominale ontwikkelingen (lasten -/- € 4.875.000)
De nominale ontwikkeling betreft de aanpassing van de budgetten aan het prijspeil voor 2026. Een nadere toelichting is opgenomen in het hoofdstuk Toelichting op financiële positie. Kostenstijgingen binnen het sociaal domein, en in het bijzonder met betrekking tot jeugdhulp en Wmo, zijn moeilijk te prognosticeren. Aan de ene kant is sprake van open-einde-regelingen waarbij kosten vergoed moeten worden. Aan de andere kant is er grote afhankelijkheid van onder meer rijkswet- en regelgeving en blijven wij ook maximaal inzetten op kostenbeheersing. Vanwege deze onzekerheden is het meer opportuun de groei vanaf 2026 als risico op te nemen in het risicoprofiel.

Reserves en voorzieningen (lasten -/- € 3.000.000)
Tijdens de opbouw van de Programmabegroting 2026-2029 zijn de bestedingen en het verloop van de reserves en voorzieningen geactualiseerd. Hieruit zijn een aantal aanpassingen naar voren gekomen. De aanpassingen van stortingen in en onttrekkingen aan de reserves leiden tot dezelfde aanpassingen van de lasten in de exploitatie waardoor deze actualisatie budgetneutraal is (zie ook programma Financiën).

Overige mutaties (lasten € 344.000)
De overige mutaties bestaan voornamelijk uit (personeels-)kosten die (budgetneutraal) worden herverdeeld tussen programma's.