De programmabegroting omvat tien programma's. Per programma worden de drie W-vragen beantwoord: 'Wat willen we bereiken?', 'Wat gaan we ervoor doen?' en 'Wat gaat het kosten?'.
Bij de eerste W-vraag staan de indicatoren en een actualisering van de effecten en prestaties voor 2026. Bij de tweede W-vraag geven we een opsomming van de activiteiten die worden ondernomen om die effecten en prestaties te bereiken. De derde W-vraag laat de financiële vertaling per programma zien, inclusief een apart overzicht van de investeringen. In het Overzicht mutaties zijn de mutaties ten opzichte van de vorige begroting opgenomen. Nieuwe en nog te besluiten mutaties zijn toegelicht.
Het meerjarige beeld, met rekeningcijfers over de afgelopen jaren en de begrote lasten, baten en reservemutaties tot en met 2029, is te vinden bij Overzichten, onderdeel Uitvoeringsinformatie - Baten en lasten per taakveld.
De uitwerking van de drie opgaven (Delft-West, Innovatiedistrict Delft en energietransitie) en de inzet voor de bestuurlijke accenten komen in de programma's aan de orde.
Indicatoren
Met beleidsindicatoren laten we transparant en meetbaar zien wat we bereiken in onze stad. Vooraf leggen we een streefcijfer vast in de programmabegroting. Dit voorkomt achteraf spraakverwarring over doelbereiking. Op deze manier leggen we transparant rekenschap af over onze ambities. De streefcijfers van de lokale indicatoren geven in de regel minimaal beoogde waarden weer ('groter of gelijk aan').
Per programma staan de meest relevante indicatoren bij elkaar. Dit zijn de indicatoren uit het coalitieakkoord. De verplichte BBV-indicatoren (Besluit Begroting en Verantwoording) staan in bijlage Verplichte beleidsindicatoren BBV.
Voor het inzicht in de financiële positie zijn ook financiële kengetallen opgenomen in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing. Deze kengetallen zijn verplicht voorgeschreven in het BBV en gaan over wendbaarheid en weerbaarheid van de begroting en vermogenspositie.