In de uitwerking van bovengenoemde doelstellingen zijn maatregelen per aandachtsgebied gegroepeerd. Binnen elk aandachtsgebied worden verschillende maatregelen getroffen die allemaal hun bijdrage leveren aan verschillende doelstellingen. Daarom wordt niet per specifieke doelstelling maatregelen vermeld. Het geheel aan maatregelen biedt een antwoord op de combinatie van doelstellingen.

Voetganger op één
De voetganger staat in ons mobiliteitssysteem op de eerste plaats. Het voetgangersnetwerk is verder uitgewerkt in de Visie Voetganger op 1. Dit vormt de basis voor het uitwerken van maatregelen om het lopen aantrekkelijker te maken. Voor een deel gebeurt dit binnen bestaande projecten, zoals Ruimte in de Binnenstad en de Uitvoeringsagenda Bereikbaarheid Campus. Daarnaast zijn aanvullend enkele routes opgenomen in de Adaptieve Mobiliteitsagenda 2026-2028.

Ruimte in de binnenstad
De openbare ruimte in de binnenstad krijgt een kwaliteitsimpuls.  De eerste stap voor de uitbreiding van het autoluw-plusgebied is gezet, zodat parkeerplaatsen op straat kunnen worden verwijderd. We richten de vrijkomende ruimte anders in met onder andere groen, verblijfsruimte en verbetering van fietsparkeren. De bewoners en ondernemers worden direct betrokken bij het maken van de inrichtingsplannen.
Per 1 januari 2026 zijn de toegangsregels voor de binnenstad aangescherpt. Zowel voor het (uitgebreide) autoluw-plusgebied als voor de logistieke zone. We houden vinger aan de pols van de effecten en passen aan als dit noodzakelijk is. 

Fietsparkeren
Voor verplaatsingen binnen Delft is fietsen een belangrijke vervoerswijze. Het succes van de fiets brengt met zich mee dat er meer aandacht moet komen voor de gestalde fiets. Op basis van het Handelingsperspectief Fietsparkeren en de Uitvoeringsagenda Fietsparkeren willen we in 2026 een winkelpand omzetten naar een inpandige fietsenstalling. Of dit lukt is onder meer afhankelijk van de beschikbaarheid van een locatie op één van de aanrijroutes naar de binnenstad. De maatregelen uit de Uitvoeringsagenda Fietsparkeren lopen parallel aan het project Ruimte in de Binnenstad. Daarnaast voeren we een globale verkenning uit naar de mogelijkheid voor een grootschalige inpandige stallingsruimte in de binnenstad.

Met NS en ProRail werken we aan beheersbare, veilige en toekomstbestendige stallingen die efficiënt benut worden. De inzet is om de fietsenstallingen en de openbare ruimte rond het station zo goed mogelijk te laten functioneren en de aantrekkelijkheid voor fietsers te verhogen (zo veel en zo vaak mogelijk open). Financiën en veiligheid zijn daarbij belangrijke aspecten. We kijken hierbij of het 24/7 gratis stallen toekomstbestendig is.

Duurzame Mobiliteit
Bij het verduurzamen van mobiliteit werken we langs de lijnen van de 'trias mobilica': het Verminderen, Veranderen en Verschonen van mobiliteit. Het verminderen van mobiliteit vindt zijn uitwerking in de stedelijke planning en gebiedsontwikkelingen, door bijvoorbeeld het mengen van functies. In het programma Bereikbare Stad richten we ons op het veranderen en het verschonen van mobiliteit. Dit doen we in samenhang met het Schone Lucht Akkoord en het Programma Duurzame Mobiliteit van de MRDH. We leveren hiermee een belangrijke bijdrage aan de opgave energietransitie en het bestuurlijke accent 'duurzame stad'.

Veranderen van mobiliteit
De basis voor het veranderen van mobiliteit ligt in het Mobiliteitsprogramma Delft 2040. Door prioriteit te geven aan het verbeteren van het voetgangers- en fietsnetwerk en in te zetten op een beter openbaar vervoer stimuleren we het gebruik van schone en actieve vormen van verplaatsen. Projecten waarmee we dit bereiken zijn opgenomen in de Adaptieve Mobiliteitsagenda.

Verschonen van mobiliteit
Bij het verschonen van mobiliteit werken we vooral aan het stimuleren van deelmobiliteit en het gebruik van elektrische auto's. 

Deelmobiliteit
Deelmobiliteit draagt bij aan de duurzame stad. Deelvoertuigen worden efficiënter gebruikt en door het delen van vervoermiddelen is minder parkeer- en stallingsruimte nodig. In 2025 is het beleid op hubs vastgesteld. Dit beleid werken we in 2026 verder uit. Voor een deel doen we dat via de Adaptieve MobiliteitsAgenda (AMA) in concrete initiatieven in de bestaande wijken en bij OV-haltes. En voor een deel sluiten we aan op de parkeer- en stallingsbehoefte in gebiedsontwikkelingen.

Daarnaast kan deelmobiliteit een belangrijke rol vervullen bij regionale verplaatsingen. Met gemeenten in de regio Haaglanden onderzoeken we afstemming van beleid om de potentie van deelmobiliteit voor regionale verplaatsingen optimaal te benutten. Daarnaast is Delft partner van het landelijk programma Natuurlijk!Deelmobiliteit. 

Duurzaam zoneren
Sinds 1 januari 2025 is de binnenstad een nul-emissiezone voor bestelwagens en vrachtwagens. Tussen nu en 1 januari 2030 geldt een overgangsperiode, na 1 januari 2030 dient alle logistiek in de binnenstad daadwerkelijk uitstootvrij te zijn. Het beleid rondom de nul-emissiezone is landelijk beleid: het convenant Uitvoeringsagenda Zero-Emissiezones. We werken samen met andere gemeentes, belangenpartijen en het ministerie van I&W aan het operationaliseren van deze uitvoeringsagenda. Ook wordt nagedacht over het toekomstig beleid met betrekking tot uitstootvrije mobiliteit. 

Openbaar vervoer (OV)
Met de start van het collegejaar 2026/2027 wordt de dienstregeling van tramlijn 19 uitgebreid naar de campus van de TU Delft. Aanvullend zijn afspraken gemaakt over de avond- en weekendbediening van de campus door buslijn 69 van EBS. In de Uitvoeringsagenda Bereikbaarheid TU Campus zijn afspraken gemaakt met de TU Delft en de MRDH over de monitoring van de tram en het voor- en natransport tussen station Delft Campus en de eindhalte van tramlijn 19 enerzijds en de bestemmingen op de campus anderzijds.

Samen met Rijk en regio verkennen we de mogelijkheden en maatregelen voor een schaalsprong op de "Oude Lijn". De MIRT-verkenning is begin 2026 gereed. Het samenspel tussen de verstedelijkingsopgave, het verbeteren van de bereikbaarheid en het versterken van de landschappelijke kwaliteit is hierbij van belang. We werken onder andere samen met de Verstedelijkingsalliantie, de NOVEX Zuidelijke Randstad en het Bijzonder Provinciaal Landschap Midden-Delfland. 

Parkeren
De ruimte in Delft is schaars en veel van deze ruimte wordt ingenomen door geparkeerde auto's. Met lage parkeernormen en de inzet op lopen, fietsen en deelmobiliteit willen we het ruimtebeslag door geparkeerde auto's verminderen. Bij het uitvoeren van groot onderhoud of herinrichtingsprojecten onderzoeken we, samen met bewoners, de mogelijkheden om parkeerplaatsen op te heffen en zo ruimte te geven voor een kwalitatieve invulling, zoals vergroening, speelruimte of klimaatadaptieve maatregelen.

In gebieden rondom het huidige gereguleerde gebied waar de parkeerdruk te hoog is, voeren we parkeerregulering in. Daarnaast zijn er gebieden waarvan we voorzien dat de parkeerdruk hoog gaat worden als gevolg van ruimtelijke ontwikkelingen. Ook daar kunnen we voorbereidingen treffen om regulering proactief in te voeren. Dat zorgt voor voldoende parkeerruimte voor bewoners en ondernemers die hier wonen en werken. Maar ook voor ruimte voor bijvoorbeeld wonen, vergroenen, ondernemen en ontspannen.

Verkeersveiligheid
In 2026 werken we verder met het meerjarenprogramma verkeerseducatie en gedragsbeïnvloeding. In de afgelopen jaren is hiervoor een stevige basis gelegd, waarbij we de meest kwetsbare doelgroepen hebben kunnen bereiken. In 2026 breiden we het programma uit met een programma voor (buitenlandse) studenten. Dit doen we in samenwerking met de TU Delft. 

Adaptieve mobiliteitsagenda
De Adaptieve Mobiliteitsagenda 2040 - update 2025 (AMA) is het uitvoeringsprogramma voor het Mobiliteitsprogramma Delft (MPD). In de AMA staan projecten die bijdragen aan het realiseren van de doelstellingen uit het MPD. De projectenlijst is tot stand gekomen door een afweging te maken tussen de mate waarin projecten bijdragen aan de doelstellingen, de mee-koppelkansen (werk met werk) en de mogelijkheid om subsidie te krijgen.

De uitvoeringsagenda is adaptief, waarbij het beschikbare budget richtinggevend is. De projectenlijst wordt aangepast bij wijzigingen in bijvoorbeeld de planning of de kosten van projecten. Hiermee zijn we in staat om de dynamiek van de stad te volgen en projecten te realiseren die maximaal bijdragen aan onze doelstellingen.